Het favoriete ambacht van Luijt
Ik ben Luijt Postma uit het hoge noorden en ik ben 78 jaar oud. Ik ben op een wat bijzondere manier vrijwilliger geworden. Iemand uit mijn dorp – wij noemden hem ‘Ome Kees’ – was nettenboeter in het museum. Hij reed altijd met iemand mee naar het museum, maar die persoon was overleden. Ome Kees zocht dus iemand die hem kon brengen, want hij wilde zijn ambacht graag blijven uitoefenen.
Hij vroeg mij of ik hem een keer naar het museum wilde brengen. Ik vond het vervelend voor hem, dus ik zei ja. Dan kon ik meteen zelf een kijkje nemen in het museum. Bij binnenkomst werden we welkom geheten door Kees Bakker, de oprichter en toenmalige eigenaar van het museum, die inmiddels helaas is overleden. Hij dacht dat ik me had aangemeld als vrijwilliger. Hij zei: ‘Als je Ome Kees vaker komt brengen, kun je net zo goed vrijwilliger worden. Wat kun je zoal?’ Ik dacht er even over na en besloot: eigenlijk lijkt het me best leuk om hier vrijwilliger te worden!
Tegenwoordig houd ik me bezig met het op orde houden en herinrichten van de ambachten in het museum.
Zelf heb ik jarenlang in de scheepvaart gewerkt, dus het ambacht ‘scheepswerf’ spreekt me erg aan. Ik heb dat een tijdje geleden helemaal opnieuw ingericht en kwam toen allerlei oude boeken en tijdschriften tegen. Geweldig om die weer eens te lezen! De scheepvaart is sindsdien enorm veranderd. Rond 1962 zeiden veel mensen al dat de komst van containers het einde zou betekenen van de Nederlandse scheepvaart – en daar hadden ze gelijk in!
Wist je trouwens dat de komst van de container ook heeft geleid tot een enorme toename van de wereldwijde criminaliteit? Containers zijn namelijk veel moeilijker te controleren op bijvoorbeeld drugs, terwijl we vroeger precies konden zien wat er werd vervoerd. Je kon gewoon met eigen ogen beoordelen of er iets niet in de haak was.
Soms namen we ook passagiers mee aan boord van een vrachtschip. Dan gingen we weleens van boord. De passagiers bezochten dan bijvoorbeeld een stad of gingen op safari. Ik ging ook weleens de stad in, maar eerlijk gezegd kwam ik meestal niet verder dan de kroeg, haha!
Een bezoek aan het museum geeft een goed beeld van de jaren ’50, ’60 en ’70, toen er nog geen sprake was van automatisering of de digitale wereld. Er zijn zoveel voorbeelden van hoe het toen anders was – en naar mijn mening vaak beter! Een klein voorbeeld: vroeger speelden kinderen nog buiten, nu zitten ze met hun vriendjes op de bank, allemaal op hun telefoon, zonder een woord tegen elkaar te zeggen!
Maar laat ik positief eindigen: dit museum geeft een mooie inkijk in hoe die goede oude tijden eruitzagen!
